EEN ONSCHULDIG TIKJE...
Een goede scheidsrechter valt op als hij niet opvalt. In de eerste divisie bombarderen leidsmannen zich echter graag tot hoofdrolspeler. Zo ook zaterdag, bij Dordrecht-Heracles (0-0).
Ach, het niveau van de eerste divisie, daar kun je best aan wennen, vindt trainer Fritz Korbach. Er zijn meer duels, voetbaltechnisch en -tactisch is het wat minder, maar spektakel genoeg meestal. Wat dat betreft voelt de oefenmeester zich eigenlijk best op zijn gemak bij Heracles. Wat hem echter dwars zit is het niveau van de arbitrage. Al meer dan eens trokken de Almeloërs dit seizoen aan het kortste eind door dwalingen van scheidsrechters. `Er lopen wel een paar heel redelijke gasten rond`, aldus Korbach zaterdagavond in het doorweekte Dordrecht. `Maar er zijn er ook wat die `s morgens eerst met de vingers in het stopcontact hebben gezeten. Die fluiten zo ongelofelijk opgefokt, willen zo graag extra goed hun best doen dat ze helemaal doorslaan. En daardoor maken ze dus veel beginnersfouten.`
Zoals de duels tegen Eindhoven en FC Zwolle, in januari van dit jaar. Tegen Eindhoven was het Karremans die een glaszuivere treffer van Erwin Looms afkeurde. Korbach gaf hem na afloop het cijfer 2½. En in Zwolle werd - zo bewezen ook naderhand de tv-beelden - Heracles een penalty onthouden. Een goede arbiter valt pas op als hij niet opvalt, maar te vaak bombarderen de fluitisten zich tot de hoofdrolspelers.
Zaterdag stond Rien Koopman tussen de strijders op de mat; een arbiter die ook al de nodige wedstrijden in de eredivisie op zijn cv heeft staan. Toch deed de wedstrijd Dordrecht-Heracles de Limburger regelmatig op tilt slaan. Voor elk wissewasje legde hij het spel stil. De rode kaart die Roy van der Mije op slag van rust kreeg, sloeg alles. De middenvelder van Heracles tikte de doorbrekende Nico Jalink op zijn hak. Koopman blies op zijn fluit en toverde het rode karton te voorschijn. Van der Mije hief de armen ten hemel, zijn collega`s bestormden Koopman. Maar die was niet te vermurwen. Korbach wilde hem naderhand wel onder het gras stoppen. `Van een doorgebroken speler was geen sprake, er liepen nog jongens van ons bij`, aldus Korbach. `Het enige wat ik kon doen, was hem licht aantikken`, zei de `boosdoener` Van der Mije. `Als ik nog langer had gewacht, was het een penalty geweest. Nadat hij had gefloten, zat hij in zijn borstzak te zoeken. Ik dacht dat ik geel zou krijgen, maar tot mijn stomme verbazing trok hij de rode kaart. Echt belachelijk, er liep immers nog iemand naast mij.` De tv-beelden gaven hem gelijk. Erwin Leurink liep op minimaal dezelfde hoogte, waardoor de overtreding met geel bestraft had moeten worden.
De foutieve beslissing had vanzelfsprekend zijn invloed op de rest van de wedstrijd. `Met tien man moet je anders denken`, wist Korbach, die zijn ploeg in de verdrukking zag komen. De trainer reageerde en haalde de geblesseerde Platvoet - die op het laatste moment moest spelen voor de eveneens geblesseerde Richard Roelofsen - naar de kant. Nebil Cimen kwam in zijn plaats en nam de bewaking van Glen Summerville over van Erwin Leurink, de linker verdediger die al geel had gekregen en nadrukkelijk solliciteerde naar een tweede prent.
Naarmate het duel vorderde herstelde Leurink zich, evenals zijn collega aan de andere kant Elroy Asmus. De Utrechter begon heel zwak, maar na rust haalde ook hij een voldoende. De basis voor het gelijke spel lag echter in het centrum van de defensie, waar René Kolmschot en Arjan Vermeulen - zij het met de nodige moeite - hun ploeg overeind hielden. Heracles kwam zelf nauwelijks meer aan voetballen toe, maar toonde wel onverzettelijkheid.
[Lees ook: IJskoude douche Dordrecht'90]