Willy Boessen in duel met Feyenoord's Josef Kiprich.
FEYENOORD KLOPT SVV DORDRECHT'90 MET 3-0
"Ik wil niet arrogant zijn, maar wij zijn aan onze stand verplicht van dit soort ploegen te winnen", vertelde Geert Meijer, de helft van het technische tweemanschap van Feyenoord, gisteren in zijn napraatje met de pers.
Dat zijn ploeg, en uiteraard die van Wim van Hanegem, tegen SVV Dordrecht'90 niet goed speelde, wist de Strijenaar zelf maar al te goed.
Niettemin verliet het te veel ontzag voor Feyenoord koesterende SVV Dordrecht'90 toch met een 3-0 nederlaag De Kuip.
De drie Rotterdamse treffers veroorzaakten in het Dordtse kamp veel pijn. De goals vloeiden immers niet voort uit sprankelende acties van Feyenoord, doch werden uit zogenaamde 'dode' momenten geboren.
"En dat terwijl iedereen bij vrije trappen wist wat 'ie moest doen", orakelde Han Berger triest. "Helaas waren er bij ons een paar de gemaakte afspraken vergeten". "ik kan je zo de vellen, met wie bij de standaardsituaties wie moest dekken, laten zien. Met de nummers erbij", had assistent-trainer Nico van Zoghel van de staartclub al eerder uitgeroepen.
De zo vrij als een vogeltje staande John Metgod, bij wie Brian Wilsterman in gen velden of wegen te bekennen was, deed er een kwartier na rust uit een vrije trap van Rob Witschge koppend zijn voordeel mee.

Dezelfde plek
Drie minuten later knalde Feyenoords international Rob Witschge de bal vanaf ongeveer dezelfde plek rechtstreeks op het doel. De tijdens het duel meerdere keren opgelapte doelman Joop Hiele kreeg de lastige vrije trap, waar nog een geniepig stuitje inzat, niet onder controle en de geboekte spits Mike Obiku was één van de twee Feyenoorders, die reageerde.
In de nastoot produceerde hij zijn tweede goal in dienst van de Rotterdammers, war de geschorste Peter Bosz en Regi Blinker (geblesseerd) ontbraken.

Inworp
Ook het derde Rotterdamse doelpunt ontstond dus niet uit een normale spelsituatie, maar uit een simpele inworp van Rob Witschge. De gistermiddag aan de basis van alle Rotterdamse doelpunten staande gewezen Ajacied zette de 54-voudige Hongaarse international Joszef Kiprich in een aantrekkelijk één-tegen-één positie. Waarna er voor Joop Hiele, derhalve de tiende competitietreffer achter zijn oren krijgend, geen houden meer aan was.
Kort daarvoor was het zes boekingen oplopende SVV Dordrecht'90 - Robin Schmidt kreeg zijn derde en stat derhalve tegen Willem II aan de kant - al wat verder van het eigen doel gaat spelen.
"Wij hebben alleen in het begin van de wedstrijd en aan het einde meegedaan", lispelde de teleurgestelde Han Berger, die zijn lang niet op alle momenten geconcentreerd spelende manschappen tegen de gemaakte afspraken in te veel louter op het voorkomen van doelpunten zag mikken.
Berger, die tot zijn ongenoegen Virgil Breetveld te veel in zijn eigen strafschopgebied - hoe lovenswaardig ook - zag opduiken, doelde op de acties van spits Jerry Simons. De Dordtse spits zag Ed de Goeij duikend redden. Ook de gave voorzet van Brian Wilsterman, waarvoor geen enkele Dordtenaar belangstelling had, was een tegenvaller en een actie van Virgil Breetveld, na een slippertje van Henk Fräser, leidde evenmin tot iets. Kort voor tijd kreeg invaller Romeo Wouden nog een kans op 3-1, maar diens inzet van dichtbij belandde hoog over het doel.
Voor de rest was het allemaal Feyenoord wat de klok sloeg. Joop Hiele moest bijvoorbeeld in het begin al naar de hoek voor een laag schot van de in de basis opgenomen Kiprich, maakte zich niet veel later tijdig breed bij een inzet van de doorgebroken Obiku en in de rebound moest Jan Mulder met een zweefduik een 'spetter' van Kiprich uit het doel duiken.

Blanco
Voorts verprutste de wonderbaarlijk snel herstelde Henk Fräser twee beste kansen. De score bleef in deel één tot teleurstelling van de 21.000 op een monsterscore hopende tribuneklanten blanco.
"Wij waren in de zestien niet scherp genoeg en verder hebben wij tijdens de rust een aantal dingen omgegooid", sprak Geert Meijer, daarbij wijzend op de kopkracht van Michel Langerak en Gerrie Slagboom, naderhand.

Leren
Zo speelden bijvoorbeeld de twee 'blonde pijlen' Arnold Scholten en Warry van Wattum niet langer meer tegen elkaar.
De onrustige koploper, die duidelijk nog moet leren het geduld op te brengen om verdedigende tegenstanders opzij te zetten, kreeg uiteindelijk waar het recht op had.
"Een grote stap vooruit is al, dat wij niet zoals vorig seizoen bij een 1-0 voorsprong met angst en beven op de bank hoeven te zitten", besloot Meijer.