FC Dordrecht is weer thuis na een trainingskamp van anderhalve week op de Nederlandse Antillen. Vier betrokkenen geven hun mening over de tropische trip, waarin de basis moet zijn gelegd voor een sterke tweede competitiehelft en een succesvol vervolg van het bekeravontuur.

Robert Verbeek, coach: ,,Ik kijk met een redelijk goed gevoel terug op het trainingskamp. Het enige probleem was het veld. Daardoor konden we ons niet optimaal voorbereiden. In de aanloop naar de competitie hebben we zeven keer met de basis gespeeld. Hier durfde ik dat niet aan. Op een gewoon veld had ik bijvoorbeeld Dave van der Meer eerder gebracht. Hier heb ik hem gespaard.
Door het veld liep ook Martijn van Galen en John Nieuwenburg lichte blessures op, waardoor ik ze niet echt kon uitproberen. Maar goed, we hebben elf keer getraind en drie wedstrijden gespeeld. Dus we hebben de arbeid verricht die we wilden. Arie Lock heeft een goede partij gespeeld, dat verdiende hij. Ik heb Ekrem Kahya aan het werk gezien als centrale verdediger en John Nieuwenburg heeft zijn eerste twintig minuten gespeeld en is er door. Dat zijn positieve zaken.
Als teambuilding is zo'n trip altijd nuttig. De sfeer in de groep was goed. De jongens zijn samen op pad geweest en hebben een hele competitie op de X-box gespeeld. En ze waren steeds keurig op tijd: voor het eten, voor de bus enzovoort. Omdat Joop Lankhaar en ik hebben gezien hoe de spelers omgaan met hun vak, met het materiaal en met blessures hebben we een goed beeld van ze gekregen. Die bevindingen zullen we overbrengen aan het bestuur en aan Marco Boogers, de technisch manager.
En we hebben ook een goed beeld gekregen van de medische staf. Ik denk dat onze verzorger Maurice Ruttman en fysiotherapeut Ronald Boet het hardste hebben gewerkt van iedereen. Of het voor herhaling vatbaar is? Ik weet nog niet of ik bij FC Dordrecht blijf, maar als dat het geval is, zou het voor mij de derde keer worden. Ik heb het wel zo'n beetje gezien. De reis hier naar toe is heel vermoeiend, dus ik zou het niet erg vinden om een keer ergens anders heen te gaan. Maar de financiën tellen bij FC Dordrecht ook mee en een trainingskamp en bovendien heb ik begrepen dat er een ander kunstgrasveld wordt neergelegd, zo één als bij Cambuur Leeuwarden Heracles Almelo. En dat zijn goede velden.''

Ad Heijsman, voorzitter: ,, De trip is zeker voor herhaling vatbaar. Ik zat deze keer niet bij de spelers in het hotel, maar bij de sponsors in een ander hotel. En dat is perfect gegaan. Ook de sponsors vormden een echt team. De toernooiorganisatie had met een barbecue en een rondrit over het eiland twee leuke evenementen in petto. Sommige sponsors zijn zo enthousiast dat ze deze zomer al terugkeren. Van de technische staf heb ik gehoord dat het team is gegroeid. Ze kunnen nu aan de bak. Eens kijken of we voor een bekerstunt tegen FC Den Bosch kunnen zorgen.''

Gérard de Nooijer, aanvoerder: ,,Als groep zijn we naar elkaar toegegroeid. Je leert elkaar kennen tijdens een trainingskamp. Onderling waren de verhoudingen goed, gezeik was er niet. In dat opzicht was het een goed kamp. Wat het oplevert, kan je pas achteraf zeggen. De omstandigheden waren niet ideaal. Het warme weer vond ik geen probleem, maar het veld wel. En een goed veld is het allerbelangrijkste op een trainingskamp. We speelden en trainden op een keihard kunstgrasveld. Dit veld was slecht voor de spieren en gewrichten. Een ander punt is de tijdsduur. Twaalf dagen vind ik te lang. Na een dag of zeven had ik het wel gezien. We hebben op Curacao toegewerkt naar de bekerwedstrijd tegen FC Den Bosch. Die leeft enorm in de groep. We willen de achtste finale halen. Of we er klaar voor zijn? Dat moet blijken. Al met al was het in ieder geval een goed kamp.''

Theo Singerling, bestuurslid FC Dordrecht, medeorganisator en medefinancier van het toernooi om de Interexpo Cup: ,,De groep sponsoren vond het hartstikke leuk en voor de spelers was het volgens mij een fantastisch trainingskamp. We hebben ze wat meer ruimte voor ontspanning geboden. In de doelstelling om sporttoerisme te creëren zijn we geslaagd. Teleurstellend was de publieke opkomst met 4500 tot 5000 toeschouwers. We hadden er 9000 begroot. Vorig jaar kwamen we daar nog ruim boven uit. Het carnaval is hier gestart en dat kostte ons publiek. En het weer werkte niet mee. Met regen komen Antillianen hun huis niet uit. Volgend jaar moet het toernooi grootschaliger. Er komt een nieuwe grasmat met de Koninkrijksspelen. Met een nieuwe stadion en een nieuwe grasmat kunnen we het toernooi verder uitbouwen. We willen naar zes clubs, waarvan twee van Curacao en één uit Haïti. Eén deelnemer heeft zich al gemeld voor volgend jaar. Sparta wil heel graag komen.''

Bron: Dagblad De Dordtenaar
Tekst: Hans Boender & John Kraijenbrink